
Koolhydraatarm eten kan zeer veel voordelen opleveren voor mensen met diabetes type 1. Koolhydraten verhogen onze bloedsuikerspiegel het snelst en het meest van de 3 macronutriënten (koolhydraten, eiwitten en vetten). Als we de bron van verhoogde glucose (koolhydraten) verminderen, wordt diabetesmanagement een stuk eenvoudiger.
Het beperken van koolhydraten kan helpen de pieken en dalen in bloedsuikers te voorkomen die gangbaar zijn bij koolhydraatrijke diëten.
In dit artikel vertel ik hoe een koolhydraatarm dieet, ook wel low carb dieet genoemd, je helpt controle te houden, de voordelen en nadelen hiervan, hoe het zit met hypo’s en hoe proteïne je bloedsuikers beïnvloed.
(Let op: dit artikel zal in de loop van de tijd worden aangevuld met relevante artikelen die dieper ingaan op bepaalde onderdelen. Check het artikel zeker later nog een keer!)
Wat is koolhydraatarm en waarom is het belangrijk?
Onder koolhydraatarm eten verstaan we max. 30 gram koolhydraten per dag. Voor veel mensen is dit de sweet spot om de meest stabiele bloedsuikers te krijgen, vergelijkbaar met een gezond persoon.
Zelf ben ik al ruim 2 jaar bezig met koolhydraatarm eten. Dankzij deze levensstijl, (ik noem het expres geen dieet, want een dieet is slechts tijdelijk), heb ik een veel betere kwaliteit van leven en is diabetes iets op de achtergrond. Je bent geen slaafje van de achtbaan bloedsuikers meer. Ik geloof dat het iedereen met diabetes kan helpen om de bloedsuikers onder controle te krijgen.
Doordat de bloedsuikers in de gezonde range waarden bevatten tussen de 4 tot 6.6 mmol/l, zijn er vele gezondheidsvoordelen en het risico op complicaties is aanzienlijk minder met een gezond hba1c (4,6%) ten opzichte van een hoger hba1c. Daarnaast voel je je ook gewoon een flink stuk beter.
Geschiedenis van koolhydraatarm eten met diabetes type 1
We duiken eerst een klein stukje het verleden in. Wist je dat voor de ontdekking van insuline in 1921, artsen personen met diabetes op een koolhydraatarm dieet zetten? De voedingsaanbeveling voor diabetes bestond in 1923 uit 75%, 17% eiwit, 6% alcohol en slechts 2% koolhydraten. Hoewel zonder insuline de persoon alsnog ten dode was opgeschreven, hielp deze aanpak om extreme koolhydraat gerelateerde pieken in de bloedsuikers te voorkomen.
Na de komst van insuline veranderde dat. Met injecteerbare insuline konden diabetici koolhydraten eten zonder de bloedsuikerspiegel dramatisch te verhogen. Maar zelfs met insuline was het beheersen van de bloedsuikers een grote uitdaging.
Tegenwoordig is het advies “je kunt eten wat je wilt, zolang je maar de juiste dosis insuline gebruikt”. Een aanpak waarvan steeds meer mensen inzien dat het niet de juiste aanpak is voor een gezond en lang leven.
Dr Richard K Bernstein
Dr Richard K Bernstein is grondlegger van het koolhydraatarm dieet voor diabetici. Zijn naam zal je nog heel vaak voorbij zien komen op mijn blog. Hij was 12 toen in 1946 de diagnose van Type 1 bij hem werd vastgesteld. Toen hij net zijn diagnose had waren er nog geen bloedglucosemeters, laat staan sensoren en pompen. Toen hij eindelijk zijn eigen bloedglucosemeter had, ontdekte hij al snel dat de vele koolhydraten hem langzaam lieten sterven. Na meer dan 20 jaar volgens de “reguliere” richtlijnen zijn ziekte geprobeerd onder controle te houden had Dr Bernstein diverse complicaties.
Na het testen van zijn bloedsuikers kwam hij erachter dat door middel van dieet, lichaamsbeweging en medicatie zijn waardes kon normaliseren. Maar niemand luisterde naar hem, de medische gemeenschap vertelde hem zelfs dat het niet mogelijk was!
Uiteindelijk heeft Dr Bernstein zelf zijn medische diploma gehaald en is hij nu zelf arts. Hij gelooft dat iedereen met type 1 recht heeft op normale bloedsuikers, net als een gezond persoon. Toen hij zijn boek “The Diabetes Solution” in 1997 uitbracht moest hij nog steeds vechten tegen de gevestigde opvattingen over diabetes.
Inmiddels zijn er steeds meer diabetici die de koolhydraatarme oplossing hebben ontdekt, waaronder ik, maar ook jij als lezer, of je bent er in ieder geval nieuwsgierig naar wat het je kan opleveren.
Wat is een normaal HbA1c en wat zijn normale bloedsuikers?
Wat is HbA1c ook alweer?
Hoe zat het ook alweer met het HbA1c? Glucose verbindt zich aan het hemoglobine (pigment van de rode bloedcellen) wanneer er rode cellen worden gemaakt. Een rode bloedcel leeft ongeveer 4 maanden. Het percentage van hemoglobine moleculen (HbA1c) die glucose bevatten geven een geschat gemiddelde van de bloedsuikers over die periode.
Nadelen van HbA1c
Als je een beetje kan rekenen zie je al snel wat het nadeel van deze test is. Het is slechts een gemiddelde. Zit je 2 mmol/l en 10 mmol/l, dan is je gemiddelde “slechts” 6 mmol/l.
Het tweede nadeel is dat hoge bloedsuikers tot 24 uur kunnen nemen om enige lange termijn effecten op het HbA1c te hebben. Als je bloedsuikers slechts voor een deel van een dag verhoogd zijn en normaal of te laag van de rest van tijd, dan kan de HbA1c bedrieglijk laag zijn. Dat heeft dus dan nog geen invloed op je HbA1c, maar wel een negatief effect op je lichaam.
Lees verder waarom HbA1c geen goede graadmeter is: Time In Range, het alternatief voor HbA1c
Wat is een normaal HbA1c?
Een normaal HbA1c zou overeen moeten komen met bloedsuikers tussen de 4.1 en 4.7 mmol/l. Van alle patiënten die Dr Bernstein onder zich heeft zijn de bloedsuikers tussen de 4 en 4.7 mmol/l. Dat vertaalt zich in een HbA1c van 4.2 tot 4.6%. Hij noemt ook dat in een studie van niet diabetici waar personen die elke 1% boven de 4.9% van HbA1c maar liefst een 28% stijging hadden van het sterftecijfer.
Wat zijn normale bloedsuikers?
Een persoon zonder diabetes heeft normaliter een bloedsuiker tussen de 3.8 en 5.2 mmol/l. Gemiddeld is die 4.6 mmol/l. Het bereik kan tijdelijk hoger of lager liggen, maar in het algemeen gebeurd dat zelden bij een gezond persoon. Dat is een heel stuk lager dan de gangbare tussen de 4 en 8 mmol/l die je meestal hoort.
Hoe zit het met hypo’s (hypoglykemie)?
Doordat je minder insuline gebruikt is de kans op hypo’s lager. Als je teveel gespoten hebt, laten we zeggen voor 3 gram koolhydraten meer dan het was, is het nog altijd minder insuline dan als je jouw stokbroodje hebt overschat met 20 gram. (Law of small numbers: wet van kleine getallen).
Er kan een keerzijde ook zijn. Als je hypo’s zou krijgen, treden ze meestal geleidelijker op dan de sterke dalingen die je waarschijnlijk wel kent. Als je dit niet opmerkt, meet of checkt met een CGM (continue glucose monitoring) dan kan je langer in een hypo blijven zitten.
Hoe langer de tijd in een hypo is, hoe hoger het risico. Je kan het bewustzijn verliezen door een hypo. Hypo unawareness (onbewustheid) kan dat risico verder verhogen. Je kan hypo unawareness verminderen door minder lang in een hypo te blijven zitten.
Ook hier telt, meten is weten. Ik weet dat je nu waarschijnlijk met je ogen rolt, want hoe vaak heb je dat al niet gehoord? Maar test, check en valideer wat je waardes doen en spoor eventuele hypo’s vroegtijdig op.
Veel gebruikte termen bij koolhydraatarm eten
Er zijn diverse termen in omloop als je het hebt over koolhydraatarm eten. Ik verklaar er een aantal voor je. (Later zullen hier nog meer termen bijkomen, en zal je ook achtergrondartikelen hierover vinden. Ik zal dit artikel dan updaten met de links naar de nieuwe artikelen)
- Lowcarb
Simpel gezegd is dit de engelse versie van de term. Waar ik koolhydraatarm gebruik kan ook lowcarb worden gebruikt. - KHA
De afkorting voor koolhydraatarm 😉 - Keto
Niet hetzelfde als koolhydraatarm. Bij het keto dieet wordt er meer gelet op de vetten. Bij het koolhydraatarm dieet is de basis meer proteïne, het vet wat je eet is het vet wat bij de proteïne al natuurlijk komt. - Ketose / Ketonen / Gluconeogenese
Ketose is een metabolische staat waarin je lichaam vet en ketonen gebruikt in plaats van glucose (suiker) als hoofdbrandstof. Glucose wordt bewaard in je lever en afgegeven als dat nodig is voor energie. Als je echter koolhydraatarm eet dan raakt deze voorraad op. Je lever gaat dat volgens een proces dat gluconeogenese heet, (mooi woord voor galgje), glucose aanmaken uit aminozuren in de eiwitten die je eet. Dat is echter niet genoeg voor je hersenen die het meeste glucose nodig hebben.
Ketonen zijn is een alternatieve energiebron. In ketose worden er versneld ketonen gemaakt. Ketonen worden door je lever gemaakt uit vet wat je eet en je eigen lichaamsvet.
Zelfs als je veel koolhydraten eet, worden er ketonen aangemaakt. Dat gebeurt dan voornamelijk ‘s nachts in je slaap, en slechts in kleine hoeveelheden. Is het niveau van ketonen in je lichaam hoger dan 0,5 mmol/l? Dan ben je in nutritionele ketose. Dat is een normale fysiologische en gezonde toestand waarin de hoeveelheid ketonen matig zijn (minder dan 3 mmol/l), met normale bloedsuikers en genoeg insuline in het lichaam. Nutritionele ketose is niet hetzelfde als ketoacidose. - Ketoacidose (Diabetische ketoacidose: DKA)
Veel mensen schrikken bij het woord ketonen. Dat komt door de term ketoacidose. Maar er is een verschil tussen nutritionele ketose (hierboven besproken) en ketoacidose. Het laatste is een medisch noodgeval. Ketoacidose komt voor bij type 1 als er geen insuline gebruikt wordt, of dat er geen insuline wordt toegediend (een fout in je pomp, een injectie vergeten etc.). Bij diabetische ketoacidose (DKA) stijgt het bloedsuiker spiegel en de hoeveelheid ketonen tot gevaarlijke niveaus waardoor je letterlijk verzuurt.
Het niveau van ketonen in het bloed blijft bij ketose meestal onder de 5 mmol/l. Bij DKA is het niveau meestal hoger dan 10. Bij een persoon zonder diabetes zal de alvleesklier zelf insuline aanmaken om de productie van ketonen tegen te gaan. Dat gaat dus niet bij mensen met diabetes op, en in het ergste geval betekent dat een ziekenhuisopname met infuus.

- R / Regular insulin = Actrapid / Humuline regular insuline
Een oudere insuline, in het Engels aangeduid met Regular of R insulin, die in Nederland verkrijgbaar is als Actrapid of Humuline Regular. Deze insuline is de perfecte match voor het koolhydraatarm eten. De werking en piek van R insuline is bijna hetzelfde als het verwerken van proteïne in het lichaam.
De voordelen en nadelen van koolhydraatarm eten met diabetes type 1
Waarom zou je koolhydraatarm eten? Daar zijn meerdere reden voor. Kort samengevat zijn dit de voordelen, en ook enkele nadelen.
Voordelen van koolhydraatarm eten
- Het maakt het managen van je diabetes makkelijker
Doordat de waardes stabieler worden, er minder pieken na het eten zijn en minder kans op hypo’s wordt het managen van je diabetes een stuk makkelijker. - Minder pieken na het eten
Als je je koolhydraatarme maaltijd onderschat qua koolhydraten is het in verhouding altijd kleiner dan bij een koolhydraatrijke maaltijd. Denk aan 3 gram meer vs 30 gram meer voor je boterham. Dat is ook een groot verschil in insuline. Doordat het verschil kleiner is, zal je ook een kleinere stijging hebben.
Daarnaast zijn het op het koolhydraatarm dieet langzamere koolhydraten. Een klein handje amandelen zal je waardes aanzienlijk minder sneller laten stijgen dan een handje snoep. - Minder kans op hypo’s
Hetzelfde voorbeeld als hierboven, maar dan het overschatten van een maaltijd. Je hebt minder insuline, dus het effect zal ook minder zijn. Over het algemeen heb je ook minder insuline nodig op een koolhydraatarm dieet wat de kans op hypo’s verder doet verlagen. - Verlaagt je HbA1c waardes
Hoe netter en stabieler je waardes zijn, hoe beter je HbA1c ook zal worden. Dat leidt ook weer door op het volgende punt… - Kan helpen diabetes complicaties te voorkomen
Minder pieken en dalingen, stabielere waardes en meer waardes als een gezond persoon kunnen helpen complicaties te voorkomen. - Minder honger
Herken je dat hypo honger gevoel? Of bij hypers dat je geen energie hebt en dat je wilt snacken? Ook hier helpen die stabiele suikers, je hebt minder behoefte om te gaan snacken, en je bent ook meer verzadigd van wat je wel eet. - Meer energie
Niet meer moe van de zoveelste hypo of hyper, maar meer energie. - Minder brainfog: je bent scherper van geest, beter geheugen
Je cognitief vermogen neemt snel af bij een hyper, en alle hypo’s maken voor je gevoel ook een mengelmoesje van je brein. Normale waardes laten je veel scherper zijn en verbetert ook je geheugen.
Benieuwd naar mijn resultaten? Of wat ik dan nu eet (spoiler: heerlijk gezond eten, met low carb snacks) check dan dit: mijn succesverhaal met koolhydraatarm.
Nadelen van het koolhydraatarm dieet
- Niet echt bekend in Nederland
Het vereist wat doorzettingsvermogen. Wellicht dat jouw arts bekend is met de term en je ondersteund, maar vaak genoeg is dat niet zo. Dat betekend dat je het zelf moet uitzoeken in het slechtste geval. Maar niet getreurd, zo heb ik het ook moeten doen. Elke keer als mijn arts er tegenin ging, liet ik simpelweg mijn steeds betere waardes zien. Laat jouw bloedsuikers ook het bewijs zijn van het succes van een koolhydraatarm dieet. - Proteïne vereist ook insuline
Veel mensen die starten met een koolhydraatarm dieet ervaren alsnog pieken in hun bloedsuikers, hoewel deze minder scherp zijn en lager. Dat komt omdat je voor proteïne moet spuiten. Als je hier geen rekening mee houdt, dan zijn je waardes alsnog niet optimaal. Meer lezen hierover doe je hier: insuline voor eiwitten. - Het kost wat tijd en moeite
Je kent het als iemand met diabetes vast wel, jij bent je eigen persoonlijke medisch experiment. N=1. Dat is voor koolhydraatarm niet anders. Het zal tijd en moeite kosten, maar hou vol, het resultaat is het waard. Met deze site hoop ik je ook sneller op pad te kunnen helpen, dan ik toen destijds in mijn eentje had gedaan.
- “Het is niet vol te houden”
Mijn persoonlijke “favoriet”. Mijn antwoord is altijd, weet je “wat pas niet vol te houden is? Juist, die schommelende bloedsuikers met alle nadelige gevolgen van dien. Nee bedankt!”

Insuline spuiten voor proteïne / eiwitten
Zoals ik hierboven ook al aangaf, vereist proteïne ook insuline. Eiwitten kunnen ook de bloedsuikers laten stijgen, maar dan in een mindere mate dan koolhydraten. Het zal ook een stuk geleidelijker gaan.
Dit komt omdat eiwitten ook als glucose worden afgebroken in het lichaam, maar omdat het niet zo’n efficiënt proces is, komt de impact op je bloedsuikers meestal 2 tot 5 uur na het eten.
Hoeveel en wanneer is persoonlijk. Afhankelijk van hoeveel gram eiwitten je eet zal je daar een hoeveelheid insuline voor nodig hebben. Als je insuline injecteert is het nemen van Actrapid insuline een uitstekende keuze. Heb je een pomp, dan kan je een vertraagde bolus verspreid over een aantal uur kunnen geven.
Insuline en eiwitten is een verhaal apart en daarom ben ik er hier apart op ingegaan: Insuline voor eiwitten / proteïne.
Nuttige bronnen
Als ik je een boek mag aanraden, dan is het wel deze:
Diabetes Solution van Dr Richard K Bernstein
Het is een hele dikke pil, en je moet af en toe wellicht je woordenboek erbij pakken voor het medisch Engels, maar het is wel het boek wat je zou moeten lezen. Sommige noemen hem ook wel de “Diabetes bijbel”.
Wil je gelijk aan de slag met wat recepten? Dan adviseer ik je Lowcarbchef (Nederlands) en All Day I Dream About Food (Engels). Hou ook mijn website in de gaten voor meer artikelen!
Liever een boek lezen? Ik heb deze twee boeken van All Day I Dream About Food:
The Everyday Ketogenic Kitchen & The Ultimate Guide To Keto Baking
Nog een boek met meer recepten en ook achtergrond informatie is het Ketotarian boek van Will Cole.
Afsluitend – Koolhydraatarm eten ook voor jou?
De keuzes die je maakt voor het managen van je diabetes zijn en blijven jouw eigen keuzes. Wel hoop ik dat ik je met deze korte introductie wat wijzer heb kunnen maken en en dat je koolhydraatarm een poging gaat geven. Koolhydraatarm eten voor diabetes type 1 kan een uitstekende keuze zijn. Als je eenmaal hebt ervaren wat het resultaat kan zijn: de stabiele suikers, een beter humeur, goede nachtrust, meer energie, minder tijd besteden aan je diabetes, dan wil je niet anders meer.
Terwijl ik druk bezig ben met nieuwe artikelen, adviseer ik je ook eens op mijn Instagram te kijken. Of kijk op mijn Pinterest board voor mijn favoriete recepten!
Gebruikte bronnen:
Diabetes Solution van Dr Richard K Bernstein
Diet Doctor
HbA1c Levels – Mortality Biomarker or Random Fluctuation?
Has carbohydrate-restriction been forgotten as a treatment for diabetes mellitus? A perspective on the ACCORD study design
en 16+ jaar ervaring met Diabetes Type 1